Dit hoofdstuk geeft een overzicht van veel gebruikte interventies in de generalistische ggz. Ordening van de interventies vindt plaats conform de uitgangspunten van het regiemodel, te weten in overeenstemming met de vaardigheden: mentaliseren, flexibiliseren, internaliseren en evalueren. Mentaliseren staat voor leren afstand te nemen tot het probleem (aangrijpingspunt) en daarmee oog krijgen voor ontstaan en voortduren van de stagnatie. Bij voldoende afstand ontdekt de patiënt beïnvloedingsmogelijkheden. Via flexibiliseren zoekt de patiënt naar werkbare alternatieven en gaat hij ermee experimenteren. Zo ontdekt hij wat goed en minder goed werkt en ontstaat er ruimte voor nieuwe oplossingen. Zodra er oplossingen zijn gekozen, begint het proces van internaliseren. Door oefenen en automatiseren komt de nieuwe oplossing steeds meer op de eerste plaats, totdat de patiënt niet langer hoeft na te denken en die oplossing als vanzelf ten uitvoer brengt. Naarmate de patiënt meer ervaring krijgt met deze drie processen, wordt hij meer de eerstverantwoordelijke uitvoerder van die processen en ontwikkelt hij zich tot uitvoeringseigenaar.