Natriumhypochloriet is als wortelkanaalspoelmiddel onmisbaar. Het is bacteriedodend en lost organische weefselresten op. Als minpunt kan worden aangemerkt dat het middel niet in staat is de smeerlaag, die als gevolg van vijlen en ruimen grote delen van de geprepareerde kanaalwand bedekt, te verwijderen. Voor dit laatste doel worden vaak chelatoren (calciumbindende middelen), zoals EDTA en citroenzuur, gebruikt. Deze laatstgenoemde middelen kunnen echter de werkzaamheid van natriumhypochloriet beïnvloeden. In dit onderzoek werd van een aantal bekende en minder bekende chelatoren, te weten 17% EDTA (ethyleendiaminetetraazijnzuur), 10% citroenzuur, 9% natriumtrifosfaat, 15% ATMA (aminotrimethyleenfosforzuur) en 7% HEBP (een bifosfonaat), bekeken in hoeverre deze de werkzaamheid van natriumhypochloriet aantasten.
