Om stralingseffecten goed te kunnen beperken en te beheersen is er dosimetrie, waarmee straling gekwantificeerd kan worden. Daarom zijn er stralingsbeschermingsgrootheden geïntroduceerd. Fysische grootheden maken het mogelijk om een bepaalde dosis te meten en risico’s te bepalen. Om te berekenen of de dosislimieten niet worden overschreden zijn er limiterende grootheden, zoals de equivalente en effectieve dosis. In een aantal gevallen is het niet mogelijk om direct een dosis te meten, maar via een berekening kan dan een risicoschatting gemaakt worden: de zogenaamde operationele grootheden. Om een bepaalde dosisgrootheid eenvoudig om te rekenen naar een andere grootheid kan er ook gebruikgemaakt worden van zogenaamde dosisconversiecoëfficiënten, bijvoorbeeld van activiteit naar effectieve dosis of van geabsorbeerde dosis naar effectieve dosis.